Geothermische kansen en risico’s in Nederland 3D in kaart gebracht

Geothermie kan een enorme bijdrage leveren aan de warmtevraag van Nederland, maar is al jaren een punt van discussie. Wat zijn de risico’s, waar liggen de mogelijkheden en hoe krijgen we deze duurzame energiebron aan de man? T&A vond het de moeite waard om risico’s de mogelijkheden beter in kaart te brengen en heeft daarom een 3D model ontwikkeld. 

Aan ondergrondse processen zoals de extractie en injectie van vloeistoffen in een reservoir, zijn altijd risico’s verbonden. Een voorbeeld hiervan zijn bevingen veroorzaakt door factoren als drukverschillen, massaveranderingen en chemische verandering. Tijdens het gehele proces van boren naar tot productie van geothermie zijn er daarnaast meerdere momenten waarop de vervuiling van grondwater een risico kan vormen, bijvoorbeeld door boorvloeistoffen, brandstoffen of het niet zorgvuldig behandelen of lekken van formatiewater.   

De voorbereidingen voor het model bestonden uit een uitgebreide literatuurstudie, op basis waarvan een aantal randvoorwaarden zijn opgesteld. Deze randvoorwaarden zijn toegevoegd aan het ondergrondmodel DGMdiep v5.0 van DINOloket, wat alle informatie over formaties en gesteentelagen in de Nederlandse ondergrond bevat. T&A Survey’s model voegt hiermee bepaalde risiconiveaus toe aan het ondergrondmodel.                               

Op de rechter afbeelding is en zogenaamde isosurface zichtbaar, een oppervlak wat een bepaalde risicowaarde aangeeft.  In dit geval bedraag deze 1.99, wat betekent dat alle volume boven dit oppervlak een waarde heeft kleiner dan 2 en alles eronder groter dan 2. Hiermee is duidelijk af te beelden welke locaties de meeste potentie hebben in het onderzoeksgebied. 

Het model biedt de mogelijkheid om uitgebreid te worden met extra data zoals porositeit en permeabiliteitswaardes, de activiteit en de eventuele stresswaardes van breuken. Verder kan het model gezien worden als een visualisatie van de mogelijke locaties voor geothermieprojecten. Deze locaties zijn alleen op basis van de risicoanalyse bepaald, niet op basis van potentieel aanwezige reservoirs. Dit is een factor die naderhand bepaald kan worden.